Stoffen zoals L-carnitine, sulforafaan en actief foliumzuur worden zelfs beschouwd als veelbelovende ‘geneesmiddelen’ voor autisme, omdat ze effectief de kernsymptomen van autisme kunnen verbeteren: stereotiep gedrag, sociale teruggetrokkenheid en problemen met communicatie.
Er is geen standaard behandelplan met exacte richtlijnen voor wat je moet nemen en hoeveel. Iedereen is anders en heeft verschillende behoeften aan bepaalde voedingsstoffen, afhankelijk van welke lichaamsfuncties ontregeld zijn en in welke mate. Wat bij de ene persoon fantastische resultaten geeft, werkt bij een andere misschien veel minder goed of helemaal niet.
Voedingssupplementen hebben ook zelden een spectaculair effect op korte termijn, tenzij men een heel specifiek tekort heeft dat snel gecorrigeerd kan worden met voldoende hoge doseringen van een voedingsstof. Meestal duurt het veel langer voor supplementen beginnen te werken, zeker als je het vergelijkt met medicijnen, die vaak onmiddellijk of toch vrij snel effect hebben. Het duurt even voor alle verstoorde lichaamsfuncties (volledig) hersteld zijn. Als je voor voedingstherapie en supplementen kiest, is het belangrijk dat je daar rekening mee houdt, zodat je niet teleurgesteld geraakt en niet te snel opgeeft.
Bij autisme is meestal meer dan één lichaamssysteem verstoord en zijn er meerdere voedingstekorten. Het is daarom aangewezen om te kiezen voor een brede aanpak, dat wil zeggen een combinatie van alle belangrijke vitaminen en mineralen en andere voedingsstoffen waarvan het effect bij autisme is aangetoond.
